Gemeenschapskrant

Jan Buysse: nieuwe algemeen directeur in Rode

15/11/24

Als nieuwe algemeen directeur zet Jan Buysse (55) de lijnen uit bij de administratie van de gemeente en het OCMW van Sint-Genesius-Rode. De job voelt voor hem een beetje als thuiskomen. ‘Mijn jeugdjaren speelden zich deels af in Sint-Genesius-Rode. Een goede algemeen directeur moet een band hebben met de gemeente, vind ik.’

© Tine De Wilde

Jan Buysse – bio-ingenieur van opleiding – brengt een pak ervaring mee. Zo stond hij als directeur meer dan twintig jaar aan het hoofd van een afvalintercommunale. ‘Ik weet wat het is om een administratie te leiden. Via de intercommunale werkte ik ook nauw samen met gemeenten in de Vlaamse Rand rond Brussel, waaronder twee faciliteitengemeenten. Die kennis komt zeker van pas.’

Er is nog een reden waarom Jan Buysse goed weet hoe een gemeentebestuur werkt: hij zetelde 18 jaar als gemeenteraadslid in Bertem. Als schepen stippelde hij vier jaar mee het beleid uit. ‘In die periode heb ik veel geleerd over de werking van een gemeente. Ik heb een bredere kijk gekregen op hoe een gemeente draait’, legt Buysse uit. ‘Als verkozene of als ambtenaar – al verkies ik de Engelse term public servant – heb je eigenlijk hetzelfde doel. Je werkt voor het maatschappelijke belang, dat is de belangrijkste motivatie. Je doet het vanuit een vorm van engagement.’

Vlotte aanwervingen

Toch leek het de voorbije jaren geen evidentie om mensen te overtuigen om voor de gemeente Sint-Genesius-Rode te werken. Al lijkt de kentering ingezet. ‘Er was een personeelstekort, al hebben we nu wel al verschillende functies kunnen invullen. Kijk, de arbeidsmarkt is sterk veranderd. Als je mensen probeert aan te werven zoals 15 jaar geleden, zal het niet lukken. Daarom moet je de selectietechnieken bijschaven. Aanwervingen gebeuren sneller en vlotter. De functieomschrijvingen steken in een moderner jasje. Ambtelijke taal proberen we te vermijden en we leggen de nadruk op onze troeven. Dat zijn er wel wat. Werken voor het algemeen belang is er één van. Een goede sfeer op de werkvloer ook. Daarnaast is nabijheid een niet te onderschatten factor. Want van iedere ochtend en avond in de file te staan naar en van Brussel word je niet gelukkig. Tijdens mijn eerste zes maanden heb ik veel nieuwe mensen mogen verwelkomen. Je voelt echt hun goesting om voor de gemeente te werken. Of de verloning geen struikelblok vormt? Eigenlijk niet. Oké, om snel veel geld te verdienen moet je niet hier of in gelijk welke andere gemeente zijn. Maar we bieden een goed loon aan, én een evenwichtige work-lifebalance. Je moet naar het totaalpakket kijken.’

Alles samen werken voor de gemeente en het OCMW een kleine 400 mensen, het personeel van het woonzorgcentrum, de gemeentescholen en de technische dienst inbegrepen. De kernploeg op het gemeentehuis bestaat uit een honderdtal personen. ‘Nog voor ik in dienst was, heb ik mijn oor te luisteren gelegd. Ik vind het belangrijk om te weten wat er leeft. Als ik intern een vergadering heb, doe ik dat zo weinig mogelijk in mijn eigen bureau. Ik ga naar het personeel toe. Op die manier ben ik zichtbaar en aanspreekbaar, en het geeft mij de kans om rond te kijken en vragen te stellen. Wat mij meteen opviel, was de goede sfeer op de werkvloer. Met de collegialiteit zit het goed, veel medewerkers zijn ook afkomstig uit de buurt.’

Voetbal in De Hoek

En dat is eigenlijk ook het geval voor Buysse zelf. ‘Een goede algemeen directeur heeft een link met de gemeente, vind ik. Zelf ken ik de streek goed. Mijn eerste levensjaren situeerden zich in Ukkel. Nadien zijn we verhuisd naar Alsemberg. We woonden in de Galgstraat in de wijk Ingendael, vanuit ons huis hadden we zicht op SintGenesius-Rode. Nu is het voor een stukje omgekeerd. Vanuit sommige kantoren in het gemeentehuis kan ik Alsemberg zien’, zegt Buysse. ‘Als kind, tiener en student speelde mijn sociale leven zich deels in Sint-Genesius-Rode af. Zo heb ik nog voetbal gespeeld in De Hoek. Het is een fijn extraatje dat ik door mijn nieuwe job mensen en plekken van vroeger opnieuw tegenkom. Ik ga ook zelf veel op ontdekking met mijn elektrische step. Als er vanuit een bepaalde straat klachten komen of er zit voor een wijk een project in de pijplijn, zie ik dat graag met mijn eigen ogen.’

Aan projecten alvast geen gebrek in Sint-Genesius-Rode, zeker nu er in december een nieuwe bestuursploeg van start gaat. ‘Tussen de administratie en de politiek is er een wisselwerking. De mooiste resultaten bereik je door goed samen te werken’, vindt Buysse. ‘Het is de politiek die de strategische keuzes maakt en de bestemming van het schip kiest. Maar ze vaart natuurlijk niet blind, ze doet een beroep op onze informatie. De technische kennis ligt bij de administratie. Wij bereiden de dossiers voor vanuit onze expertise en geven aan wat haalbaar is. De tijden dat burgemeesters en schepenen in gemeentehuizen kwamen zeggen wat het personeel moet doen, zijn lang vervlogen. Het is de staf, die bestaat uit de diensthoofden, beleidscoördinatoren en mezelf, die leiding geeft aan het personeel. Op dat vlak is er een prima verstandhouding met het schepencollege. Het is een kwestie van elkaar goed op de hoogte te houden. Iedere maandag zit ik samen met de burgemeester, en ook met de schepenen is er geregeld overleg. Weet je, de mandatarissen zijn maar wat blij dat ze kunnen rekenen op een goede administratie. Doorheen de jaren is een gemeente besturen ingewikkelder geworden, met steeds grotere budgetten.’

Goed bestuur

Dat de gemeente er financieel goed voor staat, lijkt voor Buysse en zijn administratie een plus. ‘Er is zeker budgettaire ruimte om mooie zaken te realiseren. Al is het niet zo dat we op een berg geld zitten. Een heel deel van die budgetten zijn al toegewezen aan projecten. Het is wel zo dat SintGenesius-Rode de traditie heeft om elke uitgave zorgvuldig af te wegen. Het gaat immers om gemeenschapsgeld. Dat Sint-Genesius-Rode reserves heeft, komt vooral door goed bestuur. Aan dat goed bestuur wil ik mijn steentje bijdragen. Of ik al veel veranderd heb of ga veranderen? Ik geef mee smaak aan de saus, maar ben zeker niet het enige ingrediënt. Mijn taak is om problemen te detecteren en bij te sturen. Ik ben er om de mensen aan te sturen en te helpen. Belangrijk is nu om de resterende vacatures ingevuld te krijgen. En om ervoor te zorgen dat we het toekomstige beleidsplan kunnen uitvoeren.’

Het lijkt erop dat Buysse zijn carrière in Sint-Genesius-Rode wil afsluiten. ‘Ik ben in de herfst van mijn loopbaan. Het was het moment om een laatste uitdaging aan te gaan, na meer dan twintig jaar in de afvalwereld was het tijd voor iets nieuws. Het is fijn om te mogen werken in een streek die mij vertrouwd is. Het voelt als thuiskomen, al is het niet het plan om naar hier te verhuizen. Ik woon nu in het mooie Heverlee, en vandaaruit heb ik een vlotte treinverbinding naar Sint-Genesius-Rode.’


Tekst: Jelle Schepers
Foto: © Tine De Wilde
Uit: buurten november 2024

Meer nieuws

  • Herinrichting Geevaertvijver van start

    01/12/24

    De Geevaertvijver, tussen de Zoniënwoudlaan, de Geevaertweg en de Bronweg, gaat een nieuwe toekomst tegemoet. De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) en de gemeente Sint-Genesius-Rode hebben al langer plannen met de vijver van zowat één hectare, en in 2021 kwam het eindelijk tot een aankoop in der minne. Na het vangen van alle vissen werd de vijver vorig jaar drooggezet om het slib te laten drogen. Intussen kon de VLM beginnen met de herinrichtingswerken, die minstens één jaar in beslag zullen nemen.

  • Bewoners Tuinwijk Pompe-Rubbers mogen niets aan gevel veranderen

    14/11/24

    De gevels van de twaalf woningen in de Tuinwijk Pompe-Rubbers in de stationsbuurt zien er nog ongeveer hetzelfde uit als bij de bouw een kleine eeuw geleden. Omwille van de bescherming als geklasseerd dorpsgezicht mogen de bewoners niets aan het buitenaanzicht veranderen, al lijken de meesten dat niet heel erg te vinden.

  • Nieuwe medewerker in de Boesdaalhoeve: Lensey De Sutter

    14/11/24

    Mensen samenbrengen is wat ik het liefste doe’, zegt Lensey De Sutter (28). Haar functie als stafmedewerker gemeenschapsvormende projecten bij de Boesdaalhoeve is haar dan ook op het lijf geschreven.